Terug naar alle vragen

Jos (71) vroeg:

In 2016/2017, toen de meeste gemeentelijke hondenpoepbakken zijn weggehaald, was het aantal poepzakjes dat ik in het Visreservaat telde onder water, groter dan het aantal adulte vissen (zie eerste foto).
Toen moest de hondeneigenaars nog aanleerd worden dat een poepzakje ook in een andere prullenbak onderweg kan worden weggeworpen, of thuis. Tegenwoordig zijn er speciale inwerpklepjes in veel ondergrondse containers, speciaal voor dit doel: de Kuisklep.
Ik heb inmiddels in ruim 40 Leidse wijken gesnorkeld de afgelopen jaren. Mijn indruk is dat er anno 2022 nog altijd ten minste 25 Leidenaars zijn, die ergens in de stad dagelijks het hondendrolletje keurig oppakken in een zakje, om dat vervolgens met een sierlijke boog in het water mikken.

25 x 365 (1 drol per dag) is 9.125 poepzakjes. Volgens een recent onderzoek van de Universiteit Gent weegt een gemiddelde hondendrol zo’n 100 gram.
Dat wil zeggen dat er 9.125 x 100 gram = 912,5 kg hondenpoep in de stadswateren terecht komt.
Een hondendrol per hectare overschrijdt al de stikstofnorm in Nederland. Kun je nagaan hoe slecht al die poep is voor het stadswater. Ik zie dat dan ook terug in de onderwaterplantengroei (zoals algen).
Notoire dumpplekken zijn die waar er veel bruggen zijn richting het eerstvolgende park (zoals in Havenwijk-Zuid) en waar op een hondenuitlaatstrook de primaire prullenbak is weggehaald (bijv. Heeremavijver/Vondellaan).

Weetjes:

In de bosjes of het water werpen van poepzakjes is fout gedrag van de eigenaars, die te laat hun hond uitlaten (zodat die onderweg al poept i.p.v. in het park) en die niet met een zakje willen blijven lopen.
Wist je dat de baars (Perca fluviatilis) vroeger ‘poepbaars’ werd genoemd? Die lag onderaan de huizen te wachten tot er een drol de gracht in werd gespoeld!
Ook nu zijn het vooral de kreeften, krabben en baarzen die zich tegoed doen aan de hondenpoep: samen krijgen ze het zakje open en peuteren ze de inhoud eruit. Vervolgens leggen zoetwarerslakken er graag hun eitjes in. Dat zal vast met voedingsstoffen te maken hebben, maar ook met beschutting tegen slakkenetende karperachtigen, zoals zeelt en brasem. Foto’s in de bijlage.

Met vriendelijke groet,
Aaf